Stichting Vlaardings Overleg Revalidatie
3130 DA Vlaardingen
Contact opnemen

Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO)

De WMO is op 1 januari 2007 ingevoerd. Het doel van de W.M.O. is dat iedereen kan meedoen in de maatschappij. De nieuwe wet bundelt een aantal zaken die geregeld zijn in de Welzijnswet, de Wet Voorzieningen Gehandicapten en de A.W.B.Z. Het gaat dus niet alleen over voorzieningen gehandicapten en huishoudelijke hulp, maar ook over maatschappelijke dienstverlening, mantelzorg en vrijwilligerswerk.
Nu de gemeente deze ondersteuning zelf gaan regelen, verwacht men van de inwoners dat zij zolang mogelijk zelfstandig kunnen leven en wonen - Inwoners moeten voor zichzelf en voor elkaar zorgen. De gemeente vormt een vangnet en biedt ondersteuning In elke gemeente is er een loket, waar inwoners terecht kunnen met hun vragen over hulp en ondersteuning. Dat is effectief t.a.v. bereikbaarheid van de juiste organisaties. Het loket Welzijn en Zorg is in de publiekshal van het stadhuis waar men persoonlijk, telefonisch of via de gemeentelijke website terecht kan voor:

  • Vervoersvoorziening zoals de Teletaxi
  • Rolstoelen en scootmobielen
  • Hulp bij huishouden
  • Parkeerkaarten voor gehandicapten
  • Maaltijdvoorzieningen
  • Vrijwilligerswerk en Mantelzorg
  • Opvoedingsondersteuning

Voor het leveren van goede maatschappelijke ondersteuning is het belangrijk dat de gemeenten weten wat hun inwoners van deze ondersteuning verwachten. Daarom hebben de gemeenten in de Regio Nieuwe Waterweg Noord een regionale Klankbordgroep ingesteld en lokale Klankbordgroepen in iedere gemeente. In deze Klankbordgroepen is het V.O.R. vertegenwoordigt met andere belangenorganisaties van ouderen, kerken, allochtonen organisaties en stichting Mantelzorg. De regionale Klankbord heeft geadviseerd over regionale ontwikkelingen rond de invoering van de W.M.O., zoals de visie op mantelzorg en maatschappelijke opvang. De lokale Klankbordgroepen krijgen een steeds belangrijker taak nu de gemeenten een lokale beleidsnota W.M.O. gaan schrijven. Het is de bedoeling dat de lokale groepen omgevormd worden tot W.M.O.-adviesraden. Als alles goed gaat en de wet volledig is ingevoerd zijn de gemeenten verantwoordelijk voor negen beleidsterreinen ofwel prestatievelden. We zien dan ook uit naar het vastleggen van het beleidsplan wat in de komende jaren moet gaan functioneren. Als we een terugblik werpen in onze onderhandelingen met de drie Waterweggemeenten, heeft de regionale Klankbordgroep een goed gevoel overgehouden over de samenwerking. Er is naar ons geluisterd. Gelukkig zijn veel van onze adviezen volledig meegenomen. De uitvoering van de W.M.O. komt voor rekening van R.O.G.plus. Iedereen die via de gemeente een aanvraag doet voor een van de voorzieningen in het kader van de W.M.O., wordt daarna verder geholpen door R.O.G.plus.

Gehandicaptenbeleid

Het doel van het gehandicaptenbeleid is om te bevorderen dat mensen met een handicap dezelfde kansen hebben als mensen zonder handicap. Volgens afspraak zijn wij de organisatie die op lokaal niveau de belangen behartigd voor mensen met een functiebeperking of chronische ziekte. In de afgelopen jaren zijn twee ontwikkelingen van groot belang geweest voor het werken aan gelijke kansen met een handicap; Het aanvaarden door de Verenigde Naties van de 22 standaardregels en de aanname van de wet gelijke behandeling. Participatie in gemeentelijk beleid is van groot belang, het is de manier om het beleid te maken voor burgers met beperkingen. Gezamenlijk moeten we bouwen aan een samenleving waarin iedereen volwaardig burger kan zijn. We hechten het van groot belang dat het beleid maatschappelijk draagvlak heeft. Als er geen draagvlak is kan het beleid tegengewerkt worden. Daarom heeft de gemeentelijke overheid allerlei beïnvloeding mogelijkheden geschapen, waarin we kunnen mee doen in de nodige conceptvoorstellen die ons worden aangereikt. Beleid maken en beleidsparticipatie is dus vooral een sociaal proces, waarbij vaardigheden als netwerken en lobbyen onmisbaar zijn om invloed te kunnen uitoefenen. Vandaar wij op tijd de gewenste materie nodig hebben, anders neemt de mate waarin beleid kan worden beïnvloed af, naardien het beleidsproces verder is gevorderd. Specifieke onderwerpen waar wij ons mee bezighouden zijn o.a.

  • Maatschappelijke integratie van ouderen en mensen met een handicap
  • Integrale toegankelijkheid
  • Eisen normen en richtlijnen
  • Toegankelijkheid van de woonomgeving buitenruimte
  • Toegankelijkheid gebouwen
  • Toegankelijkheid woningen

Wet Voorzieningen Gehandicapten (WVG)

Met de invoering van de W.M.O. streven de gemeenten er naar om het huidige niveau van de verstrekkingen voorlopig zoveel mogelijk in stand te houden. Dit geldt zowel voor de omvang als voor de kwaliteit van voorzieningen op het gebied van de W.V.G. Hiervoor is door de colleges een verordening individuele verstrekkingen maatschappelijke ondersteuning N.W.N. vastgesteld. Bij het opstellen van deze ordening is zoveel mogelijk aangesloten bij de huidige situatie. Daarnaast is gekeken naar een aantal nieuwe elementen ten opzichte van de huidige W.V.G., zoals het persoonsgebonden budget, het compensatiebeginsel en de eigen bijdrage. Op dit moment wordt voor de W.V.G.-voorzieningen over het algemeen niet een inkomensafhankelijke bijdrage gevraagd. Wel worden er bij deze voorzieningen een speciale eigen betaling gevraagd voor aangepaste fietsen, teletaxi en inkomensgrens bij de verstrekking van een bruikleen auto. Voor verhuiskosten en vervoersvoorzieningen wordt voor de laatste twee een grens gehanteerd van 175% sociaalminimum. Onder de naam R.O.G. N.W.N. werd vele jaren lang de uitvoering van de wet voorzieningen gehandicapten verzorgd. Sinds 1 januari 2007 vallen de volgende voorzieningen onder de W.M.O..

  • Vervoersvoorzieningen o.a. Teletaxi.
  • Rolstoelen en scootmobielen.
  • Woningaanpassing
  • Hulp bij het huishouden

Nu wordt de aanvraag ingediend bij het W.M.O. loket in het stadhuis. De R.O.G.plus voert in de waterweggemeenten de vier genoemde onderdelen van de W.M.O. uit. Deskundigen van R.O.G.plus bekijken of iemand voor de gevraagde voorziening in aanmerking komt. Soms maakt een huisbezoek of een medisch onderzoek onderdeel uit van deze indicatiestelling.